Dekking rechtsbijstandverzekering ondanks keuze eigen advocaat
Rechtsbijstandsverzekeraar Achmea wees een verzoek om vergoeding van de advocaatkosten af, omdat de verzekerde zich te laat zou hebben gemeld én reeds een eigen advocaat in de arm had genomen. De verzekerde vocht deze afwijzing succesvol aan bij de geschillencommissie Kifid. Ondanks dat de verzekerde zonder voorafgaande instemming van Achmea met een eigen advocaat was gaan procederen, vielen de advocaatkosten onder de polis. Achmea moest de verzekerde de maximale advocaatkosten vergoeden.
Deze kwestie kwam ook aan bod in een uitspraak van de geschillencommissie Kifid op 3 juni 2024 naar aanleiding van een door een consument gestarte procedure. Rechtsbijstandsverzekeraar Achmea weigerde dekking omdat de verjaringstermijn van drie jaar voor het indienen van de claim zou zijn verlopen. Daarmee zou verzekerde de claim onder de polis te laat hebben gemeld. Voorts werd dekking geweigerd omdat de verzekerde gedurende die drie jaar met een eigen advocaat een procedure voerde zonder voorafgaande instemming van de verzekeraar.
Verjaring van een claim uit de verzekeringsovereenkomst
In beginsel verjaart volgens de wet de dekking uit een verzekeringsclaim wanneer verzekerde niet binnen drie jaar na het voorval aan de bel trekt bij de verzekeraar. Dit staat beschreven in artikel 7:942 van het Burgerlijk Wetboek: “Een rechtsvordering tegen de verzekeraar tot het doen van een uitkering verjaart door verloop van drie jaren na de aanvang van de dag, volgende op die waarop de tot uitkering gerechtigde met de opeisbaarheid daarvan bekend is geworden”.
De verjaring kan door een verzekerde wel worden gestuit. De stuiting van de verjaring betekent dat de verjaringstermijn (in dit geval 3 jaar) opnieuw gaat lopen. Dit betreft dus een actieve handeling van verzekerde: “De verjaring wordt gestuit door een schriftelijke mededeling, waarbij op uitkering aanspraak wordt gemaakt. Een nieuwe verjaringstermijn van drie jaren begint te lopen met de aanvang van de dag, volgende op die waarop de verzekeraar hetzij de aanspraak erkent, hetzij ondubbelzinnig heeft medegedeeld de aanspraak af te wijzen”.
Voor het stuiten van de verjaring bij verzekeringsproducten, geldt er nog een speciale regeling: “de verjaring wordt gestuit door iedere onderhandeling tussen de verzekeraar en de tot uitkering gerechtigde of de benadeelde”.
Dit wetsartikel bepaalt wat er nodig is voor het verjaren van een claim uit de verzekeringsovereenkomst. Namelijk de verjaringstermijn start op de dag dat de behoefte aan rechtsbijstand bij consument ontstaat. Daarnaast gaat dit wetartikel ook in op hoe de verjaring kan worden gestuit, zodat deze termijn opnieuw begint te lopen.
Uitspraak geschillencommissie
In de besproken kwestie, meldde de consument de gerechtelijke procedure waarin hij advocaatkosten had gemaakt bijna drie jaar na dato bij zijn rechtsbijstandsverzekeraar. Hier komt nog bij dat hij ook een gerechtelijke procedure met eigen advocaat heeft gevoerd. Hierdoor werd vergoeding van de ingediende advocatenkosten geweigerd door de rechtsbijstandsverzekeraar.
De commissie oordeelde ten aanzien van het beroep op verjaring door de verzekeraar dat de aanspraak van de consument niet verjaard was, omdat het meetmoment voor de start van de verjaring op een later moment was dan de verzekeraar beweerde. In deze zaak was het meetmoment voor de start van de verjaringstermijn niét het instellen van een onderzoek door de verzekerde (zoals de verzekeraar stelde), maar was dit het moment dat er een geschil kwam en de consument juridisch advies wenste. Dit maakt dat er geen sprake was van verjaring omdat de consument alsnog binnen de verjaringstermijn van drie jaar had gehandeld.
Ook het argument van de rechtsbijstandsverzekering dat de consument zonder toestemming een eigen advocaat had ingeschakeld, werd afgewezen. De commissie oordeelde dat een volledige afwijzing van de claim op deze grond onredelijk zou zijn. Dit ondanks dat in de verzekeringsovereenkomst was opgenomen dat het inschakelen van een advocaat op eigen initiatief en zonder goedkeuring van de verzekeraar, niet was toegestaan. Voor de verzekeraar leverde het zelf stellen van de advocaat door de consument geen nadeel op, aldus de commissie. De procedure van de consument zou namelijk wel onder de polis vallen én de consument zou recht hebben op een vrije advocaatkeuze. Het ontbreken van voorafgaande instemming, maakte dit niet anders. De commissie wees een vergoeding van 16.000 euro toe, gelijk aan het kostenmaximum van de verzekering.
De praktijk leert dat rechtsbijstandsverzekeraars vaker op onjuiste gronden dekking van een claim onder de polis weigeren. In dit geval dus onterecht.
Vragen
Heeft u naar aanleiding van dit artikel vragen over andere vraagstukken aangaande rechtsbijstand? Wij beantwoorden graag uw vragen en helpen u graag verder. Contact dan een van onze advocaten via de mail, telefonisch of vul het contactformulier in voor een vrijblijvend eerste gesprek. Wij denken graag met u mee.