Nieuwe regels voor middenhuur in Amsterdam per 1 juli 2025
Per 1 juli 2025 voert de gemeente Amsterdam nieuwe regelgeving in voor de toewijzing van middenhuurwoningen. De kern van deze wijziging: nieuwe huurders in het middensegment hebben voortaan een huisvestingsvergunning nodig, waarmee het inkomen wordt getoetst. De gemeente wil dat deze middenhuurwoningen beschikbaar komen voor mensen met een middeninkomen.
Wat valt onder middenhuur?
Middenhuurwoningen zijn huurwoningen met een kale maandhuur tot maximaal € 1.184,82 en een score van 144 tot en met 186 woningwaarderingspunten (WWS). Deze woningen vallen in het gereguleerde huursegment, dat zich bevindt tussen sociale huur en vrije sector.
Voor wie is de middenhuur bedoeld?
De regeling richt zich op huishoudens met een middeninkomen. Er gelden inkomensgrenzen om in aanmerking te komen:
- Voor eenpersoonshuishoudens: maximaal € 81.633,- bruto per jaar;
- Voor meerpersoonshuishoudens: maximaal € 89.821,- bruto per jaar.
Let op: indien u vanuit een sociale huurwoning van een woningcorporatie doorstroomt naar een middenhuurwoning, geldt deze inkomensgrens niet.
Vergunningsplicht: hoe werkt het?
Nieuwe huurders moeten vóór intrek een huisvestingsvergunning aanvragen bij de gemeente Amsterdam. Dit kan online en vereist onder meer:
- inkomensgegevens (bijvoorbeeld recente loonstroken of belastingaangifte),
- een akkoordverklaring van de verhuurder,
- een kopie van het identiteitsbewijs.
De gemeente beoordeelt binnen twee tot maximaal acht weken of het inkomen in lijn is met de eisen. Zonder vergunning mag de huurder niet intrekken. Voor woningen van woningcorporaties wordt de aanvraagprocedure doorgaans door de woningcorporatie verzorgd.
Rol en verplichtingen van de verhuurder
Verhuurders mogen een middenhuurwoning niet verhuren zonder geldige huisvestingsvergunning van de huurder. Daarnaast dienen zij:
- transparant te zijn over het aantal woningwaarderingspunten;
- mee te werken aan de aanvraagprocedure;
- de vergunningsplicht actief te controleren.
Bij overtredingen riskeert de verhuurder sancties, variërend van waarschuwingen tot bestuurlijke boetes of het opleggen van beëindiging van de huurovereenkomst.
Gemeentelijke handhaving en overgangsperiode
De gemeente kondigt een ‘gewenningsperiode’ aan na 1 juli 2025, waarin terughoudend wordt omgegaan met sancties. In deze fase ligt de nadruk op voorlichting en dialoog. Desondanks blijft de vergunningsplicht vanaf dag één van kracht.
Verhuurders en huurders kunnen ook al vóór 1 juli een vergunning aanvragen of dit gedurende juli met terugwerkende kracht regelen.
Achtergrond en politieke context
Wethouder Zita Pels (Wonen) stelt dat de vergunningsplicht noodzakelijk is om te voorkomen dat hogere inkomens deze woningen bezetten, waardoor middeninkomens buitenspel komen te staan. In haar brief aan de gemeenteraad noemt zij het ‘essentieel voor de leefbaarheid en inclusiviteit van de stad’ dat middenhuur bereikbaar blijft voor deze doelgroep.
Tegelijkertijd waarschuwt zij voor landelijke plannen die het gereguleerde segment zouden kunnen beperken, zoals een zwaardere weging van de WOZ-waarde in de puntentelling. Dit zou tot gevolg kunnen hebben dat minder woningen onder het middenhuurbeleid vallen. Het gemeentebestuur overweegt daarom aanvullende maatregelen zodra die landelijke plannen concreet worden.
Advies
Heeft u vragen over bovengenoemde ontwikkelingen of heeft u andere juridische vragen over huurrecht? Onze gespecialiseerde advocaten staan u graag te woord.